Sneeuwvlokjes!
Ik zie sneeuwvlokken overal.
Kom, we rollen de sneeuw tot een bal.
Een bal voor zijn buik (een vuist maken) en één voor z’n kop.
Daar krijgt de sneeuwman een hoed bovenop.
Twee knopen als ogen, een wortel als neus.
Als het zo door sneeuwt, dan wordt het een reus!
Maar als het gaat dooien, dan hebben we pech.
Dan smelt de sneeuwman zo maar weer weg.